rondje atlantische oceaan

Marokko, Chef Chaouen

21-10-2014 20:29

Marokko is een land dat heel anders is dan wat ik me had voorgesteld. Bij aankomst in Rabbat op 1 oktober, werden we vrolijk binnengezwaaid door vissers en mannen die aan het werk zijn in de haven. Daar word je natuurlijk meteen al vrolijk van.  Het inklaren is wel even spannend. We hebben 5 mensen aan boord gehad van verschillende instanties en een drugshond. Het arme beest was al hoogbejaard, moest aan boord worden getild en viel van ellende bijna uit elkaar op ons dek, de haren kwamen we overal tegen. Ik vraag me af of het beestje uberhaubt nog wel iets ruikt. Terwijl de mannen de papieren regelen staan Denise (Volonte) en ik nog even te kletsen op de steiger. Een visser die last heeft van veel kiespijn hebben we nog even kunnen helpen met een mondspoeling en asperines tegen de pijn. Vraag alleen niet aan ons wat voor rare bewegingen we aan het maken waren toen we aan het uitvissen waren waar hij precies last van had. Na ongeveer 1 uur zijn de mannen klaar en mogen we de haven binnen varen, deze ziet er erg goed en verzorgd uit. De volgende dag hebben we samen met Denise, Eric, Thomas en Jesper een auto gehuurd en zijn we naar Chef Chaouen gereden.

 Dit is even stapelen met z'n zessen in een auto, maar het past. Het blijkt dat stapelen helemaal niet vreemd is in dit land. Er passen namelijk best 15 mensen in een pick-up truck. Schapen en geiten kunnen prima met paard en wagen worden vervoerd, ze hoeven nog net niet recht op te staan en anders als het echt niet meer past zetten we ze gewoon op de achterbank of in de kofferbak van de veel te kleine auto’s. Dit was een heel gewoon straatbeeld de dagen voor het offerfeest.

Mijn beeld van Marokko is dat we alles goed op slot moeten doen. Goed op je eigendommen letten en vooral niks onbeheerd achterlaten. Desondanks stappen we tijdens onze autorit naar Chef Chaouen, uit de auto om even onze benen te strekken en om een plaatselijke markt op onze route te bezoeken, want ook de reis er naar toe is al een avontuur op zich. Wanneer we weg lopen komt er iemand achter ons aan om te vertellen dat ons raampje van de auto open staat! Lekker slim. We merken keer op keer hoe behulpzaam en vriendelijk de meeste Marokkanen zijn. Na een half uurtje de markt te hebben bekeken en een half uur te zijn bekeken besloten we om onze weg te vervolgen naar Chef Chaouen. Mensen in het binnenland zijn niet erg gewend aan toeristen. Ookal hadden we ons keurig netjes aan de kleding voorschriften gehouden en met 30 graden een lange broek te dragen en een shirtje met mouwtjes. De volgende stop was bij een schalenverkooptent. Ik heb 2 grote schalen gekocht en ben benieuwd of ze Nederland gaan bereiken. Daar hebben we ook geluncht. Die bestaat uit kabab en cola, maar hiervoor moest ik wel even een drempel over. Van HACCP regels hebben ze hier nog nooit gehoord, de schapen hangen gestript in de zon en de vliegen smullen hier heerlijk van. De tijd dat we nu in Marokko zijn heb ik wel een constante buikpijn, vraag me af waardoor het komt! De auto rit van zes uur was verder goed verlopen. Dit verbaasde mij enigzins met twee kinderen van 9 en 10. Alleen Jesper heeft een keer of twee om zijn tablet gevraagt, of was het iets meer?

Chef Chaouen is een prachtig blauw dorpje midden in de bergen. Ons uitzicht vanaf het slaapkamerraam in ons hotel doet mij denken aan de Fata Morgana in de efteling (inclusief een balkende ezel). ‘s Avonds lopen we nog even het dorpje in. Het ene steegje is nog mooier dan de andere. Wat mij wel opvalt is de enorme hoeveelheid ondervoedde straatkatten en dan vooral kittens. Ik moet me inhouden ze niet allemaal mee te nemen naar het hotel. Na een stukje wandelen besloten we nog even wat te eten in een leuk restaurantje en daarna op tijd ons bed in te gaan zodat we morgen wat aan onze dag hebben.

Het ontbijt is goed geregeld, Marokkaanse thee, verse jus d’orange en broodjes die we thuisbrengen als oliebollen en pannenkoeken. Een goed begin van de dag. Met onze te lange kleding lopen we de berg op om een moskee te bezoeken. De zon brandt en zelfs de salemanders zoeken de schaduw op. Als we naar rechts kijken zien we het blauwe dorpje liggen. We horen het gemekker van de schapen en geiten die ook deze ochtend mee de berg op zijn genomen door hun herder. 

Onderweg komen we een oudere gesluierde dame tegen die Marokkaanse vruchten heeft geplukt. Graag wilt ze deze aan ons verkopen, deze willen we wel eens proeven, ze smaken heerlijk zoet. Als we verder naar boven lopen zien we een boom waar dezelfde vuchten inhangen als die we eerder aangeboden hebben gekregen. Thomas springt op mijn nek om er een te plukken. Eenmaal boven aangekomen is de moskee helaas dicht. De toch was gelukkig niet voor niks, want wat hebben we een prachtig uitzicht vanaf hier. Thomas en Jesper proberen op de tocht naar beneden nog wat sprinkhanen te vangen. Beneden aangekomen hebben we wel een verse jus d’orange verdiend op een terasje. Als we verder lopen het stadje in kan ik niet stoppen om foto’s te maken, want de een word nog mooier dan de ander. Een meisje heeft per ongeluk haar bal op een afdak gegooid en Stephan en ik klimmen omhoog om deze voor haar te halen. Even verderop zijn een paar jongens aan het voetballen. Stephan heeft wel zin om even mee te doen. Na al dat wandelen klimmen en voetballen hebben we honger gekregen dus besluiten we om wat te eten bij een restaurantje dat uitzicht heeft over het plein van Chef Chaouen. In de middag gaan de mannen met de kinderen naar het zwembad. Jesper is het zwembad niet uit te slaan zo heerlijk als hij het water vind.  Denise en ik lopen nog wat verder door het stadje. Winkeltje in winkeltje uit, totdat we ineens zes schilpadden zien. Ik vraag waar deze voor bedoeld zijn. De verkoper zegt dat je geluk krijgt wanneer je er twee in je tuin neerzet. Ik denk dat hij zag dat we dierenvrienden zijn en hij niet wou zeggen dat ze zijn om op te eten. Deze schildpadden hadden ook geen water en stonden in de brandende zon. Denise heeft me ervan weerhouden om de zes schildpadden mee te nemen en vrij te laten. De volgende dag zouden er wel weer nieuwe staan en daar heeft ze ook wel gelijk in. We besluiten om lekker nog wat te gaan drinken op een terasje. Allemaal jonge kittens rond onze benen die erg veel honger hebben. Wanneer er eten word gezet op een tafel worden de jonge kittens verjaagd door de volwassen katten. Deze zien er ook erg hongerig en mager uit. Maar ook de jonge kittens moet ik niet meenemen volgens Denise, zelf de aandoenlijke zwarte niet. Het is tijd om terug te gaan naar het hotel. De mannen lagen al languit op bed en de jongens konden nu eindelijk op hun tablet. Stephan was erg blij met Denise dat ze hem behoed heeft voor zes schildpadden een aantal jonge kitten. 's Avonds zijn we gaan eten bij het zelfde restaurant als de avond daarvoor omdat Jesper erg graag een pizza margarita wilde hebben. We hebben nog even wat gedronken in het hotel en zijn weer lekker gaan slapen. De volgende dag was het al weer tijd om naar huis te gaan rijden. Denise, Thomas, Jesper en ik zijn nog even snel het stadje in gegaan om te kijken voor ansichtkaarten. Na een tijdje zoeken hebben we gevonden wat we wilden hebben en lopen we richting het hotel. Ongeveer 300 meter voor het hotel ziet Thomas een hele lieve klein zielig kitten zitten. Het komt naar ons toe en is niet heel erg bang. We konden het niet over ons hart verkrijgen om de andere kant op te kijken en door te lopen. Dus heb ik een beetje melk gekocht in de winkel ernaast. Ze at nog net niet het bakje erbij op. De kinderen die er rondliepen pakte het katje op bij zijn achterpootjes en deden er wel erg wild mee. Denise en ik overleggen: Als we doorlopen zal deze kitten het niet overleven. Ik weet dat ik ze niet allemaal kan redden, maar deze kunnen we toch niet laten zitten. Ik besluit om hem mee te nemen, maar hoe ga ik dit aan Stephan vertellen? Stephan en Erik zitten niets vermoedend nog wat te drinken voor het hotel als we aan komen lopen met het kleine mormel. Zodra ze zien wat ik in mijn armen vertrekt het gezicht van Stephan en begint Eric te lachen. Hoe kan Stephan namelijk nee zeggen met een terugreis voor de boeg van vijf uur. De terugreis verliep wel erg goed, want we moesten natuurlijk stil zijn om het poesje niet te bang te maken. Onderweg proberen we namen te verzinnen voor onze nieuwe aanwinst. Wat ligt ze heerlijk in de doos die we voor haar gehaald hebben, maar wat ziet ze er slecht uit. Haar oogje lijkt wel blind, ze is zo mager dat het lijkt alsof je een skeletje aait en haar vacht ziet er erg slecht uit. Ik ben benieuwd of ze het uberhaubt wel overleeft.